maandag 26 september 2016

The Big Apple

Wat maakt New York nou zo gaaf? Wat trekt er nou aan die miljoenenstad met hoge gebouwen, drukke straten, rumoerig verkeer, fast food restaurants 'all over the place'? Is het Times Square? Empire State Building of Central Park? Nee allemaal niet. New York is denk ik de enige stad in de wereld die zo gaaf is puur omdat het New York is. Niets meer en niets minder.

Twee jaar geleden maakte ik er een busreis van 6 uur voor. Een reis over de Amerikaanse Interstate die in mijn gedachten al een avontuur op zich leek maar in de praktijk niets meer dan een doodgewone lange A2 bleek te zijn. Oke bij Baltimore en Philadelphia keek ik even goed om me heen om een glimp van de gebouwen op te vangen maar veel viel er niet te zien eerlijk gezegd. Op Google Maps keek ik mee op de kaart en het kleine blauwe balletje bewoog steeds dichter tegen die immense stad aan. Newark doemt voor ons op, makkelijk te herkennen aan het internationale vliegveld. Het mooie is dat de vliegtuigen daar zowat parallel aan de snelweg landen en opstijgen dus dat zorgt voor het nodige vermaak. Het levert meteen een lastige keuze op. Kijk je naar links, voor de vliegtuigen, of kijk je naar rechts waar de skyline van Manhattan in volle glorie voor je opdoemt? De bus maakt vervolgens een draai naar rechts waar er speciaal een toerit is voor bussen die naar Manhattan willen via de Lincoln tunnel.

Een fraai uitzicht op Manhattan maakt plaats voor een lange donkere rit in de tunnen onder de Hudson rivier, vernoemd naar de Engelsman die in dienst van de Nederlandse V.O.C. als eerste deze rivier op voer. De bus komt dan New York binnen precies tussen de wijken HELL'S KITCHEN en CHELSEA in, op een steenworp afstand van Times Square. Het betreffende busstation is volledig overdekt en de bussen stoppen er letterlijk boven en onder elkaar omdat het station bestaat uit meerdere verdiepingen. Een soort parkeergarage eigenlijk. Als je het busstation uitloopt loop je zo 8th Avenue op, vrijwel direct onder het New York Times Building, een van de hoogste wolkenkrabbers van New York. Welkom in de stad!

En dan denk je misschien dat je meteen naar allerlei trekpleisters wil gaan maar het moment dat je dan in een typisch straatbeeld van New York staat doet je pas beseffen hoe gaaf het daar is. Letterlijk met kippenvel op mijn armen geniet ik ervan om gewoon te zijn waar ik ben. Dus alleen dat al maakt deze stad uniek!

Via het om 09.30 uur al drukke Times Square, Central Park, One World Trade, Staten Island maak ikde New Yorkse dag vol. Onderweg dus met name genietend van de dingen die deze miljoenenstad zomaar ineens ook weer heel gewoon maakt. Een speeltuin in Central Park, een piepklein bier barretje in Battery Park, een klein speeltuintje met vol uitzicht op het One World Trade en basketbal veldjes waar de plaatselijke jeugd zich welhaast gemoedelijk uitleeft. Hier geen spoor te bekennen van criminaliteit of het onpersoonlijke van de grote stad, maar welhaast dorpse gezelligheid!


En de busreis terug trakteert ons nog eenmaal op een uitzicht op Manhattan terwijl net de schemer invalt. Alsof de stad je lonkt om nog eens terug te komen, haar niet te vergeten. Maar dat is natuurlijk ook onmogelijk...

woensdag 31 augustus 2016

Lincoln, de man met de hoed

 Wat doe je als je de eerste dagen tijdens je verblijf in Amerika, en meer specifiek Washington D.C., verblijft zonder de beschikking te hebben over een auto? En je de taxi kosten ook een beetje in de hand wil houden, immers de vakantie duurt nog ruim anderhalve week, en je bovendien de Uber account van je zwager ook niet te veel wil belasten? Juist, dan besluit je om ondanks de verzengende hitte een wandeling te gaan maken. Een wandeling naar het Lincoln Monument. Volgens Google Maps is dat ruim een uur, moet kunnen toch?


'Mag ik mee?' Zoonlief heeft wat opgevangen van mijn plannen en kijkt op van zijn meegenomen Ipad, waarvan de WiFi het gelukkig goed doet. Dit tot enorme geruststelling aangezien meneer op de heenweg nog dramatisch had beweerd dat hij zonder WiFi toch echt niet leven kon. 'Wel opschieten dan, want anders wordt het veel te warm' is mijn eerste ietwat norse reactie. En zo lopen we zo'n kleine tien minuten later de kleffe warmte in, de aangename koelte van ons ruime huis achter ons latend. De eerste straat is niet zo lang maar wel schaduwrijk gelukkig en dit zorgt in ieder geval voor een goede start. Al snel lopen we tegen het militaire terrein Fort Myer aan waar we met een grote lus omheen moeten lopen. Vol in de zon, een flink stuk om maar het voordeel is dat de route wel lekker makkelijk te volgen is.



De zon is tamelijk genadeloos en op zo'n beetje de helft van de route zoeken we aan de rand van een park even zittend de schaduw op. We overleggen even en besluiten in ieder geval nu al dat we de terugreis per metro zullen afleggen. Een verstandig maar bovenal noodzakelijk besluit. We besluiten het park te doorkruisen en komen dan al snel bij een stukje Nederland uit. Kort na de tweede wereldoorlog wilde Nederland Amerika bedanken voor de verkregen hulp en besloot men een monument te schenken. Dat werd The Netherlands Carillon. Het staat er tegenwoordig wat rustig bij, verlaten en alleen trotseert het grote stalen bouwwerk de brandende zon. Helaas kunnen we er niet in dus is het bekijken ook wel zo klaar.





Vol van vaderlandse trots vervolgen we ons pad en lopen we over een licht glooiend paadje precies langs de Arlington National Cemetry. Uiteraard is het wat nutteloos om uitgebreid de Amerikaanse militaire geschiedenis te vertellen aan een 9 jarige maar ik heb toch de indruk dat je hier echt al wel iets van mee kunt geven. Hier zijn niet minder dan 400.000 graven te bezichtigen, er schijnen er dagelijks nog zo'n 15 bij te komen. Uiteraard bezocht ik al eerder uitgebreid deze begraafplaats dus lopen we er nu 'slechts' langs. De grootste geruststelling is nog wel dat bij de prachtige hoofdingang zich gelukkig een metro station bevindt dus de terugreis is alvast veilig gesteld. In de verte zien we al de achterkant van het Lincoln Monument zodat we gemotiveerd aan het laatste stuk van onze voettocht kunnen beginnen. We hoeven slechts nog een brug over, en het water zorg gelukkig voor de nodige verkoeling. En uiteraard het vooruitzicht op ander water, water om te drinken!


Ons gestel aangevuld met water kunnen we dan eindelijk de bezichtiging doen waar we voor kwamen. 'Weet je eigenlijk wie daar zit?' vraag ik zonder dat ik verwacht een goed antwoord te krijgen. 'Ja, dat is Lincoln, die was ooit president van Amerika, die zie ik vaak in tekenfilms terug en dan heeft ie altijd een hoed op' is het ietwat verrassende antwoord dat ik krijg. Het prettige aan het bezoek is niet alleen dat je je op historische grond bevindt maar dat je bovendien in een heerlijk koele ruimte bent. We zoeken een goede plek voor een foto tussen de massaal aanwezige toeristen en schieten snel ons plaatje.

Het extra mooie aan het Lincoln Monument is dat je je om nog een reden om historische grond bevindt. Vlak voor het monument hield op 28 augustus 1963 Martin Luther King namelijk zijn wereldberoemde 'I have a dream' speech. Om dit te gedenken ligt er een steen, precies op de plek waar hij zich destijds bevond.

Dat geeft toch een zeer mooi gevoel als je daar staat, mede omdat je je ogen dan mag belonen met dit uitzicht:


Het voorstel om het Washington Monument, te zien op de achtergrond, ook nog te bezoeken wordt om begrijpelijke redenen afgewezen. Het volgende voorstel om op de plek waar we eerder onze dorst lesten een ijsje te kopen kan op meer goedkeuring rekenen. Met een direct smeltend ijsje in de hand zetten we onze terugreis in en zijn beiden dolgelukkig dat dit via de metro plaats kan vinden. Pas later realiseer je je eigenlijk wat voor een prachtige herinnering je gecreëerd hebt, eentje die ik in ieder geval nooit meer zal vergeten en hopelijk maakt een dergelijk uitstapje ook dermate veel indruk op een 9 jarig brein, dat die het nog tientallen jaren daar vast zal houden!












donderdag 24 maart 2016

JC

Ik zal niet ouder zijn geweest dan een jaar of 6 toen ik op een waarschijnlijk regenachtige middag een VHS video ging kijken over het Nederlands Elftal. WK 1974 stond ergens in de titel maar uiteraard had ik nog geen enkel besef wat dat inhield. Ik begon te kijken en raakte meteen onder de indruk van wat ik zag.

Ik zag hoe Nederland steeds verder kwam in het toernooi en ik herinner me zelfs nu nog het gevoel dat ik kreeg dat ik echt overtuigd raakte dat we gingen winnen! Wat was dit elftal goed en wat wonnen ze makkelijk. Wat een mooie goals en wat een geweldige speler met zijn opvallende rugnummer. Dit is mijn idool, tegen hem kijk ik op. Het zou nooit meer veranderen. Nederland verloor de finale en ik ontwikkelde zo mijn eigen WK 1974 trauma. Echter werd mijn trauma altijd gesust door de wijze woorden van de beste voetballer die er ooit op deze aardkloot rondliep. Telkens hoorde ik hem verkondigen dat niemand het meer heeft over de winnaar West Duitsland maar iedereen nog steeds onder de indruk is van het totaalvoetbal van Oranje.

Later vertrok JC naar Barcelona en opnieuw raakte ik onder de indruk door zijn keuze. Hoewel ik nog te jong was om op dat betreffende moment te beseffen hoe geweldig deze club is maar het moet daar wel zijn begonnen. JC werd coach en toen raakte ik pas echt onder de indruk. Hij deed alles op zijn eigen manier, tegen alle geldende normen in. Resultaten kwamen op de tweede plaats, eerst moest er vermaak worden gegeven aan het publiek. Bij Ajax slaagde hij hier al aardig in maar eenmaal aan het roer bij de allermooiste club ter wereld kwam alles pas echt prachtig uit. Wat was het mooi om naar te kijken en wat genoot iedereen. En wat schrok iedereen toen bekend werd dat er zowaar sterfelijkheid bestond rondom JC. Nummer 14 was in het ziekenhuis beland na een hartaanval en moest acuut stoppen met roken.

JC behaalde in zijn carrière geweldige prijzen. Zowel als speler als trainer won hij zowat alles. Maar niet om die reden groeide mijn enorme respect voor hem. Het ging me om zijn visie en hoe hij in het leven stond. Hij richtte de JC Foundation op. Niet uit eigen gewin of welke vorm van eigenbelang dan ook, maar enkel om iedereen een kans te kunnen geven om actief te kunnen sporten. En de JC university om ervoor te zorgen dat getalenteerde sporters ook hun talenten op opleidingsgebied konden benutten.

Het is in mijn ogen heel simpel. JC is de Jezus Christus van het voetbal. Zonder JC was het voetbal een saai spel met slechts focus op puur resultaat, onder aanvoering van coaches als Mourinho. Hij zorgde voor zoveel plezier dat ik naast verdriet ook vooral veel dankbaarheid voel. Dank je wel Johan en laat je God ook nog een beetje denken dat ie verstand van voetbal heeft?

donderdag 10 maart 2016

US of A II

Amerika is een land van uitersten. Als er ergens geen gulden, of dollar, middenweg is dan is het wel in het land van de onbegrensde mogelijkheden. Dat uit zich ook in het dagelijks gedrag van Amerikanen. Deze kent gewoon simpelweg niet de uitdrukking 'het was wel oke', voor ons Nederlanders toch een veel gebruikte zin om jezelf uit te drukken als je bijvoorbeeld net iets lekkers hebt gegeten maar wat niet dermate lekker was dat je het over een week nog kunt herinneren. Voor een Amerikaan zou dit een zware belediging zijn. Hij zou direct vragen wat je er dan niet lekker aan vindt, en waarom je het niet het allerlekkerste vond wat je ooit gegeten hebt.

Of wat te denken van 'safety'. Veiligheid draait bij ons echt om de persoon terwijl je aan alles merkt dat het in Amerika vooral draait om de aansprakelijkheid die er uit kan voortvloeien. Een voorbeeld. Mijn zwager kreeg van zijn directe leidinggevende een uitgebreide mail met daarin uitvoerig tekst en uitleg over de veiligheid van zijn auto. Hij zou immers met zijn auto een trip van Washington D.C. maken naar Houston. Hij zou daarbij vooral ook niet moeten vergeten zijn ruitenvloeistof op peil te hebben alvorens hij zou vertrekken. Diezelfde leidinggevende stapte even later bij mijn zwager achter in de auto om een lift naar huis te krijgen maar vond het dragen van de veiligheidsgordel op dat moment echt niet nodig hoor.

Of wat te denken van de fastfood cultuur? Die kennen we over het algemeen wel natuurlijk maar hoe daar dan weer mee omgegaan wordt. De Amerikaanse overheid is altijd druk doende om mensen gezonder te laten eten, maar zal daar natuurlijk nooit in slagen zolang een Big Mac menu een stuk goedkoper is dan een maaltijd zelf bereiden. Overigens is de McDonald's in Amerika erg op zijn retour. Hier in Nederland zie je echt dat ze met de tijd zijn meegegaan maar daar is het nog steeds veel, vet en ongezond voor weinig geld. Meer hip zijn de Waffle House en nog meer de Chick-fil-a. Bij de laatste keten at ik twee keer en het moet gezegd dat het echt goed smaakte ook. Maar op zondag kun je er dan weer niet terecht, deze keten werd opgericht door Truett Cathy, een overtuigd Christen, die het niet toestond dat zijn filialen op zondag open zouden gaan en dit gebeurt ook niet tot op de dag van vandaag.

En dan is er nog de begroeting natuurlijk. De Amerikaan die toch zo graag wil weten hoe het met je gaat. Of toch niet? How are you sir? Fine, yourself? Een standaard manier van hallo zeggen, je blijft het de hele dag door doen. En uiteraard is het ook zo netjes om bij het afscheid nemen iemand een fijne dag te wensen, wat de meeste Amerikanen alweer hebben ingekort tot 'have a good one'.

Kortom, veel overeenkomsten maar toch ook erg veel verschillen! Gelukkig mag ik in Augustus weer twee weken gaan beleven welke verschillen er allemaal nog meer zijn.

maandag 22 februari 2016

US of A

Jarenlang was er altijd die ene droom. Ik wilde zo graag nog eens naar Amerika. Elk jaar werden wel weer plannen gemaakt maar elk jaar werd het toch steeds weer iets relatief dichts bij huis, meestal Spanje. En uiteraard was dat telkens weer genieten maar de droom bleef staan. Ik wilde echt eens voet op Amerikaanse bodem zetten.

In 2014 was het dan eindelijk zover. Het vliegtuig werkte zich traag omlaag en door het raampje zag ik Amerika dan steeds concreter worden. Hoewel de wereld er daar nat en wit uitzag, ik hoorde Prince zingen dat het sometimes snowt in April, genoot ik toch van de steeds dichterbij komende grond. Bovendien was het al urenlang dag, letterlijk. Om half 1 in de middag opgestegen boven Amsterdam en nu was het na ruim 8 uur vliegen nog steeds volop middag. Heerlijk, zo'n lange dag na een donkere winterperiode.

Vol verwachting breekt dan een Amerikaanse week aan. Wat is er zo anders aan wat wij gewend zijn? De eerste indrukken op de snelweg leerde me dat er eigenlijk niet zo veel anders is. Ik zie om me heen veelal dezelfde (Duitse) auto's als ik gewend ben. Het landschap rond Washington lijkt hoogstens op Limburg vanwege zijn licht glooiend karakter en de gebouwen zijn ook niet gek anders dan bij ons. Waar zitten dan wel de echte verschillen?

Om te beginnen is er het klimaat. Natuurlijk hebben we allemaal wel een beeld bij waar het mooi weer is in Amerika en waar het tamelijk winters is, maar echt concreet is het niet. Zo maakte ik in een week tijd sneeuw mee, een volle dag regen, een dag met zon en temperatuur rond het vriespunt en aan het einde van de week drie dagen zon met zo'n 20 graden. Welkom in het voorjaar van Washington. Het beeld wat ik had van de belangrijkste hoofdstad ter wereld was eigenlijk niet veel meer dan het beeld van het Witte Huis. Echter, D.C. is veel meer dan dat. De gehele stad is feitelijk een groot gebied waar Amerikanen hun land eren. Op educatief gebied, op gebied van herdenking, op gebied van globalisering, etc. De musea zijn er talrijk en gratis te bezoeken bovendien. De stad is schoon en relatief veilig. Alles wat je ziet en meemaakt ademt historie, patriottisme en trots. Je kan er dagenlang rondlopen en elke dag nieuwe dingen meemaken,

Wanneer je een restaurant bezoekt zie je ook wel de verschillen. De obers zijn er vriendelijk en staan voor je klaar. Stellen zich voor bij naam en geven je te kennen dat ze altijd voor je klaar staan. Any time. Dit klopt ook, echter moet je de any time dan wel begrenzen tot het moment dat de rekening betaald is. Vanaf dat moment ben je zowat lucht en zijn ze al weer met de nieuwe klanten bezig. De Amerikaanse eet cultuur is er een van snel en goedkoop. Je bord leeg? Het wordt direct onder je neus vandaan geplukt.

Amerikanen kennen ook een gevoel van trots op het nageslacht wat wij toch wat minder beleven. Het is niet ongebruikelijk om auto stickers te plakken met daarop het opleidingsniveau van je kinderen en ik zag werkelijk waar een echtpaar met t-shirts waarop stond dat de vader een 'proud Navy Dad' was en moeder een 'proud Navy Mom'.

Inmiddels ben ik ook een tweede keer in Amerika geweest en daarom zal ik de volgende keer nog wat verder ingaan op alle leuke verschillen.
 

woensdag 17 februari 2016

Stage lopen

De personeelsingang is aan de zijkant. Tientallen keren, zo niet vele malen vaker liep of fietste ik er langs. En nu mag ik via die ingang naar binnen, ik ben trots. Mijn schooltijd begint op z'n eind te lopen, het werkleven lonkt en ik ben er aan toe.

Het is 1994 en het Nederlands elftal ploetert in de Amerikaanse zon op een WK. Ruud Gullit zag het niet zitten en Johan Cruijff mocht het niet doen als coach. Ik imiteerde De Verlosser door het liedje 'As Dick me hullep nodig heb' hardop te zingen wat vrijwel altijd resulteerde in lachers op mijn hand. De pantalon was netjes en de blouse kraakhelder wit. Ik mocht gaan doen waar ik al jaren naar uitkeek, cd's verkopen!

Het was in de tijd dat de muziek alleen nog maar geluisterd kon worden op de digitale geluidsdrager. Vinyl was pas net vervangen en nog zeker niet hip. De mensen kozen een hoesje uit en kwamen bij mij aan de balie om te kopen, waarna ik vervolgens de geweldige eer had, althans zo voelde ik dat, om de betreffende cd uit de lades met duizenden cd's te pakken en deze in het betreffende hoesje te doen. In sommige gevallen diende het hoesje dan nog ingeseald te worden, afgesloten met een sticker welke je nooit in zijn geheel los kon krijgen. Wat als ultiem bewijs gold dat je de cd al eens open had gemaakt en ruilen dus niet langer toegestaan was. Het aller mooiste was nog wel dat ik, ja ik, mocht bepalen welke cd er in de cd speler ging die ervoor zorgde dat de hele muziek afdeling van muziek werd voorzien. Mijn eigen muzieksmaak galmde door de grote winkel heen, hoe gaaf was dat??

Ik herinner me dat het de tijd was dat Michael Jackson net een nieuw album uitbracht en dat dit voor enorme drukte zorgde aan de balie. De tijd van The Connells met 74-75. Ik hoorde het minstens 74-75 keer per dag aan. Wat te denken van The Crash Test Dummies met de geniale titel mmmm mmm mmm mmmm?  Of Nico Landers (WIE???) met 'Liefde in de nacht?' Gelukkig had ik een mede stageloper die van Snoop Dog hield, maar die mochten we dan weer niet te vaak in de cd speler gooien op de een of andere manier.

Mijn gedachten gingen de afgelopen week en in het bijzonder gister vaak uit naar die paar weken in de snikhete zomer van 1994. Mijn werkleven begon er en de enkele keren dat ik er de laatste tijd nog kwam zag ik nog steeds een aantal mensen uit die tijd hun werk doen. Toen nog wel, vanaf nu niet meer. De Vroom & Dreesmann is niet meer...